Te gast: Karin de Roos

Ik ben om meerdere redenen blij weer een gastoptreden te mogen aankondigen, deze week van Karin de Roos. (Dank je wel, Karin!)

Karin is gefascineerd door de middeleeuwen en is op dit moment bezig met haar historische roman Dubio waarin ze een fictief romantisch verhaal in een waargebeurd deel van onze Hollandse geschiedenis plaatst; de slag bij Vlaardingen op 29 juli 1018.

Het eerste hoofdstuk staat als smaakmaker gepubliceerd op haar website. Als je van historische romans houdt, raad ik je aan deze te lezen.


In dubio – Blog

Heb je dat ook wel eens? Dat je overvallen wordt door twijfels? Dat je niet goed weet of je linksaf of rechtsaf moet? En dat dan blijkt dat je ook nog rechtdoor of zelfs achteruit kan? Dat je simpelweg niet kan kiezen of je vanavond – de enige die je deze week nog niet vol hebt gepland – ongegeneerd op de bank ploft of toch voor de verleiding kiest om een gastblog te schrijven. Om diezelfde Diana uit de brand te helpen die mede verantwoordelijk is voor je huidige drukke – overigens fantastische – bestaan? Ach, schrijven is toch mijn lust en mijn leven? Yep, dat is het zeker. Momenteel adem, zweet, vibreer ik bijna 24/7 letters, woorden, zinnen, verhalen. Wees niet bang, dit wordt geen klaag-blog, dus lees gerust door. Dit is slechts een inleiding op een luxe-probleem. En wat voor één!

Eind mei legde Diana het eerste hoofdstuk van mijn manuscript voor aan acquirerend redacteur Bart van uitgeverij Q. Het smaakte naar meer en ik stuurde mijn hele manuscript op. Drie weken geleden kreeg ik een mailtje: Bart was enthousiast over het manuscript waar ik ruim drie jaar aan heb gewerkt. Binnen no time waren we het eens. Mijn roman – werktitel Dubio – ligt in april 2018 met een prachtige Q op de cover in de boekhandel. Ik kan mijn geluk niet op. Het plaatje dat ik in mijn hoofd had, komt precies uit. De planning is strak, maar haalbaar.

Afgelopen maandag moest mijn manuscript bij de redacteur liggen. Ik kreeg nog twee weken om wat aanpassingen te doen, daarna is het tot 1 oktober uit mijn handen. Ik voelde me die twee weken een Chinese evenwichtskunstenaar die het porseleinen servies van het Engelse koningshuis op stokjes draaiend moest houden terwijl hij tegelijkertijd op stelten probeerde te wadlopen. De opdrachten voor mijn eigen bureau liepen per slot van rekening gewoon door. In de spaarzame uurtjes die overbleven, zwoegde ik op passages, plotwendingen, dialogen. Opeens twijfelde ik aan alles. Geeft de proloog niet te veel weg? Gaat de lezer een abrupte switch tussen het middeleeuwse Flardinga en het heden wel trekken? Moet ik de sfeervolle beschrijving van het veenmoeras waarin Bernulf op zoek naar prooi met zijn hond en slechtvalk doorheen ploetert wel onderbreken met de geschiedenis van het West-Friese graafschap of de vlucht van Bernulfs familie voor de slachting bij Alt Clut? Het benam me af en toe de adem.

Iedere keer dat ik mensen coach of train, vertel ik het verhaal van de tekst en de gloeilamp. Terwijl ik ploeterde op het manuscript, galmden in mijn achterhoofd mijn eigen woorden: een tekst is geen gloeilamp, die aan of uit kan. Een tekst is niet per definitie goed of fout. Een tekst kan àltijd anders, beter of … slechter. Jouw opdracht is vooral om een tekst te schrijven die aansluit bij je lezer. Opeens valt alles op zijn plaats. Hoe veel ik ook ploeter op mijn manuscript, één ding is zeker. De redacteur van Q kan en gaat er van alles in vinden. En dat is prima, want mijn manuscript is geen gloeilamp… en hij kan zeker beter.

Maar wie kan nog meer beoordelen of mijn verhaal aansluit bij die lezer? Juist! De lezer, jij dus! Oordeel zelf op www.dubio-boek.nl. Ik nodig je van harte uit om het eerste hoofdstuk te lezen en zelf te oordelen. Lees het begin van het verhaal van Germaine, die verminkt en voor dood is achtergelaten in de veenmoerassen rond Flardinga, op alle niveaus strijd levert en uiteindelijk een thuis vindt dat niemand had kunnen voorzien (of gewild). Voor wie het boek helemaal uitleest verandert langzaam maar zeker de vraag ‘Wat is waar?’ in ‘Waar is wat?’

Terwijl ik dit schrijf, blijkt er nog één ding minder om over te twijfelen. De wereld om me heen is nog steeds in het donker gehuld. Het is half zes in de ochtend. In het raam zie ik mijn eigen spiegelbeeld gereflecteerd, in het schijnsel van mijn beeldscherm. Nachthemd binnenstebuiten, verwarde haren en een glimlach rond mijn lippen. Ik kon niet slapen. Er zat een verhaal in mijn hoofd en dat moest er uit. Vandaag heb ik Diana uit de brand geholpen èn vanavond plof ik toch ongegeneerd op de bank. Geen twijfel over mogelijk. Punt. Uit.

 

Dubio is op dit moment nog de werktitel van de historische (dubbel)roman van Karin de Roos. Het verhaal speelt zich af tegen de achtergrond van de historische slag bij Vlaardingen op 29 juli 1018. Volgend jaar is het precies duizend jaar geleden en dat wordt groots gevierd met festivals, een middeleeuws kampement en het naspelen van de slag. Dubio mixt de historische feiten met een spannend plot, maar vertelt vooral een universeel liefdesverhaal dat zelfs de grenzen van de tijd overwint. Karin studeerde onder andere historische en kunstwetenschappen. Dubio is haar eerste roman. Eerder schreef zij non fictie voor uitgeverij Forte. Vanuit haar bureau voor tekst en uitleg ‘Schriftelijk’ schrijft en traint zij voor uiteenlopende opdrachtgevers. Meer weten over Dubio of inschrijven voor de mailinglist? Zie: www.dubio-boek.nl

Te gast: Jan Stroeve

Deze week iets nieuws: een gastoptreden, en wel van Jan Stroeve.

Je kunt Jan volgen via zijn eigen website of via facebook.

Jan schrijft, dicht, tekent, zingt, schildert, danst en maakt theater. Als puistige puber van vijftien leerde ik hem kennen als de schrijver, choreograaf en regisseur van de eerste musical waar ik aan mee mocht doen. Het schrijven en regisseren deed hij overigens samen met Peter Marijnissen, die zijn vaste plek achter de piano had.

Jan heeft onder andere boeken en gedichten voor kinderen geschreven en in november komt er een heel bijzonder boek met illustraties van Jan op de markt, namelijk: ‘Zo tollig en zwarrig, waantaal van Nico’.

In ‘Zo tollig en zwarrig’ zijn zinnen te lezen van de welbespraakte Nico, die zich na zijn 95ste jaar, van de ene op de andere dag, in een andere taal ging uitdrukken. Zo zei hij bijvoorbeeld: ‘Het wordt een tammende weg met fijn en schik en zolf’.

De zinnen werden opgetekend door Elseline Knuttel die zich verwonderde over Nico’s nieuwe taal, die soms grappig maar vooral ontroerend en onverwacht poëtisch bleek. Jan raakte hierdoor zo geïnspireerd dat hij de zinnen voorzag van illustraties.

Vanaf 29 oktober zijn Jans illustraties ook te zien in pop-up galerie De Waan in Dordrecht.

Op Jans website, onder ‘Nieuws’ vind je een aantal van zijn heerlijke columns, waarvan hier een voorbeeld, door mij uitgekozen met oog op dierendag deze week.


HELLO GOODBYE

Vanochtend landde er op Schiphol een vlucht jonge hondjes. Vriendin B had een paar maanden geleden via een zieligehondjessite een kleine haarbal uitgekozen. Die vloog vandaag, met een aantal lotgenoten vanuit Cyprus naar Nederland. Of ik mee wilde om Punk of Puck of Ploef op te halen? Iets met een P in elk geval. De definitieve naam, zo voorspelde B, zou zich openbaren zodra ze het beestje in haar armen had, als bij goddelijke ingeving. Natuurlijk wilde ik mee! Dol als ik ben op programma’s als Hello Goodbye mocht ik de hondenvariant ervan niet aan me voorbij laten gaan.

Dat we veel te vroeg op Schiphol aankwamen is mijn schuld. De angst om te laat te komen is diepgeworteld. Altijd bang om de boot te missen, mensen te laten wachten of voor een gesloten incheckbalie te staan. De NS campagne ‘Fluiten = niet meer instappen’ is dan ook niet aan mij besteed. Meestal loop ik een kwartier te vroeg het perron op, precies op tijd om de vorige trein te missen. Noem het een nogal krampachtige verhouding met het begrip ‘tijd’. Zelfs de houdbaarheidsdatum op een pak melk houd ik nauwlettend in de gaten.

Gelukkig ben ik hierin niet uniek want er blijken zich al een aantal aspirant-hondenbezitters op de afgesproken plek te hebben verzameld. Het gezelschap bestaat voornamelijk uit vrouwen die op samenzweerderige toon hondenweetjes met elkaar delen als; ‘ik zou d’r ontlasting goed in de gaten houden.’ Of het nu een zelf uitgedokterd wondermiddel is voor een glanzende vacht of een methode om je pup binnen 3 dagen zindelijk te krijgen; deze vrouwen weten waar ze het over hebben. De paar mannen die mee zijn gekomen, spelen vandaag een ondergeschikte rol. De meeste staan aan de periferie van de groep met glazige ogen te wachten tot ze hier weg mogen. Een zweterige dikke man draait getergd shagjes, wachtend om ze eindelijk te mogen opsteken.

Dan maakt Fenna van stichting Puppyhome luidruchtig haar entree; ‘Nou, hij is fijn!’ Met een stem waarmee je zelfs een galopperende kudde buffels tot stilstand krijgt neemt ze bezit van de aankomsthal: ‘We hebben dus een half uurtje vertraging’. De zweterige man stopt met shagjes draaien, de dames bevriezen midden in hun zinnen. Fenna rommelt in een onordelijke stapel papieren en deelt ondertussen ongevraagd haar levensgeschiedenis en medisch dossier met ons; 1 overleden man, 7 honden, 4 katten en een instabiele heup.

Het half uur wordt een uur en nog steeds is er geen Cypriotisch hondje te bekennen. De vrouwen zijn zo langzamerhand door hun repertoire heen, de shagdraaiende man is ongezien weggeslopen en van Fenna weten we nu ook nog dat ze een moeder met wondroos heeft. Maar dan eindelijk kondigt zich met hoog gekef de verlossing aan. Iedereen veert op. De glazen schuifdeuren openen zich en 2 karren met kratten worden de hal ingereden. We dringen allemaal naar voren, I-phones in de aanslag. Een voor een worden de hondjes voorzichtig uit de kratten getild en overhandigd aan vertederde baasjes. In trance komt B met een trillend hoopje hond naar me toe gelopen. ‘Puck’, zegt ze, ‘zo gaat ze heten’. Misschien zijn jonge hondjes wel uitgevonden om af en toe even te mogen huilen.